Voor het verlijmen van wand- en vloertegels zijn verschillende soorten tegellijm op de markt, grofweg kunnen we ze onderverdelen in drie soorten t.w.

• Mortellijmen of poederlijmen;
• Pastalijmen of dispersielijmen;
• Reactielijmen of twee-componentenlijmen.
Elk van deze drie soorten heeft een eigen toepassingsgebied. In Nederland wordt de poederlijm algemeen gebruikt voor de verlijming van vloertegels en in veel mindere mate voor wandtegels. De pastalijm wordt uitsluitend gebruikt voor wandtegels en de reactielijm wordt gekozen voor o.a. industriële toepassingen met een hoge belasting.

Kan een pastalijm worden gebruikt als tegellijm van vloertegels?

Pastalijmen genieten in Nederland een grote populariteit. De bakermat van de pastalijm ligt ook in ons land. Het succes van pastalijm is in de loop van de tijd ook herkend door andere producenten van bouwlijmen, vandaag de dag kan gekozen worden uit een flink aantal merken.

De populariteit van de pasta tegellijm ligt naast de kwalitatieve prestaties ook in het gemak: een pastalijm is direct klaar voor het gebruik. Geen gezeur met intensief mengen, geen (nauwkeurig te bepalen) toevoeging van water en veel minder problemen met de standtijd/ verwerkingstijd van het mengsel. Gewoon de verpakking openen en er kan snel gestart worden met het werk. Zo wordt het gebruik van de pastalijm door de tegelzetter ervaren, zoals gezegd  voor wandtegels !

Waarom wordt een pastalijm dan niet gebruikt voor het verlijmen van vloertegels ?

Het is interessant om daarover eens wat gedachten op een rij te zetten. Daarvoor kijken we eerst naar specifieke hoofdkenmerken van de twee soorten.

Pastalijm
Een pastalijm bestaat uit een mengsel van organische bindmiddelen in de vorm van een polymeer in waterige oplossing, organische hulpstoffen en minerale toeslagstoffen.

Mortellijm
Mortellijmen bestaan uit een mengsel van een hydraulisch bindmiddel (cement), minerale toeslagstoffen en organische hulpstoffen.


Elasticiteit en belastbaarheid.
Een pastalijm heeft als belangrijke eigenschap dat de tegellijm blijvend elastisch is. Poederlijmen – vooral de flextypes – behouden ook een vorm van elasticiteit maar deze elasticiteit is niet te vergelijken met de pastalijm.

In constructies zien we dat het voordeel van een grote elasticiteit ook nadelen heeft, denk maar eens aan doorbuiging bij te hoge belasting. Een meer starre constructie met een hoge mate van belastbaarheid vertoont bij te hoge belasting scheurvorming. We moeten in de toepassing zoeken naar een sterke verbinding met een redelijke elasticiteit.

Andere criteria.

Lijmen moeten kunnen uitharden en dat doen ze op verschillende wijze.

Mortellijmen hebben –een deel van – het aanmaakwater nodig voor een chemische reactie waardoor de massa afbindt en verhardt.

Pastalijmen moeten het waterige bestanddeel kwijt door verdamping om functioneel te zijn.

Ingesloten vocht of steeds opnieuw toetredend vocht veroorzaakt schade. Vooral bij douchevloeren is vaak sprake van een zeer verdichte ondergrond en vaak nog een laag kimband. Bij gebruik van pasta lijm kan het uitharden zeer moeilijk

Het verschil in uitharding zegt veel over de weerstand tegen vocht. En dat is een belangrijk aspect als we kijken naar de doelmatigheid van de tegellijm in de bouw. Bij vloeren hebben we doorgaans te maken met een redelijk dichte ondergrond en wordt gebruik gemaakt van een – keramische – tegel met een zeer lage absorptiewaarde. In deze gevallen kan de pastalijm het eigen waterige bestanddeel niet kwijt en moet een poederlijm worden gebruikt, zoals fabrikanten ook voorschrijven.

Tegels worden aangebracht op een ondergrond die uit meerdere lagen bestaat en die verschillende lagen hebben allen een eigen vormveranderingsgedrag. Met andere woorden er zijn in de doorsnee altijd spanningen aanwezig. Voor het opnemen van spanningen is elasticiteit een fraaie eigenschap. Maar er moet zeker bij vloeren ook voldaan worden aan eisen van belastbaarheid en daar laat de pastalijm het afweten ten opzichte van de poederlijm.

Als laatste, bij vloeren komt het in tegenstelling tot wanden veel voor dat met een wisselende dikte van de lijmlaag, of dikker dan 3mm. gewerkt moet worden en ook daarom is een poederlijm de keuze die gemaakt moet worden.

Conclusie:

Spreken we over gebruiksbelasting van een vlak dan worden aan een vloer hogere eisen gesteld dan aan een wandvlak. Op grond hiervan en het bovenstaande betekent dat zonder meer dat voor alle soorten tegelvloeren terecht gebruik wordt gemaakt van een poederlijm. Zou je willen zoeken naar de grens in toepasbaarheid, tussen poederlijmen en pastalijmen, dan is het voorstelbaar dat een pastalijm voor het aanbrengen van een tegelvloer gebruikt zou kunnen worden als

  • de ondergrond, zowel bij het aanbrengen als in de gebruiksfase, voldoet aan de vochtcriteria  voor pastalijmen;
  • de belasting van het vloervlak gering is, bijvoorbeeld bij een minder frequent gebruikte ruimte;
  • zowel de tegel als de ondergrond niet te dicht gestructureerd zijn;
  • men bereid is de voeg pas in te wassen als vocht uit de massa van de pastalijm is verdwenen.